Um die Webseite optimal gestalten und Ihnen an Ihre Interessen angepasste, nutzungsbasierte Informationen zukommen lassen zu können, verwendet Daimler Cookies. Mit der Nutzung der Webseite stimmen Sie der Verwendung von Cookies zu. > Weitere Informationen erhalten Sie in den Cookie-Hinweisen.

Aannemen
  • GLE
  • Coupé
  • 03/2020
app store google play
X

Printen
Voertuighoogte instellen (auto's met E-ACTIVE BODY CONTROL)
WAARSCHUWING Gevaar voor ongevallen door te grote voertuighoogte

Wanneer met een hogere voertuighoogte wordt gereden, kunnen de rij-eigenschappen negatief worden beïnvloed door het verhoogde zwaartepunt van het voertuig.

De auto kan bijvoorbeeld bij het sturen of bij het rijden in een bocht naar buiten glijden.

Altijd een voertuighoogte kiezen die overeenkomt met de rijstijl en de staat van het wegdek.
WAARSCHUWING Inklemgevaar door zakkende auto

Bij het omlaagbrengen van de auto kunnen lichaamsdelen van personen bekneld raken die zich tussen de carrosserie en de banden of onder de auto bevinden.

Bij het omlaagbrengen van de auto mag zich niemand in de directe omgeving van de spatbordranden of onder de auto bevinden; dit controleren.
WAARSCHUWING Inklemgevaar door zakkende auto

Auto's met AIRMATIC resp. niveauregeling: Bij het uitladen of uitstappen gaat de auto eerst iets omhoog en zakt vervolgens na korte tijd tot de ingestelde hoogte.

Daardoor kunnen u en personen in de buurt van de spatbordrand of de bodemplaat bekneld raken.

De auto kan ook na het vergrendelen omlaag gaan.

Bij het verlaten van de auto controleren dat zich niemand in de omgeving van de spatbordranden of de bodemplaat bevindt.
Voorwaarden
  • De auto is gestart.

  • De auto rijdt niet sneller dan 65 km/h.

Auto omhoogbrengen
De tuimelschakelaar naar voren drukken.

Het controlelampje knippert bij het omhoogbrengen en brandt permanent als het omhoogbrengen is voltooid.

De auto komt omhoog naar terreinniveau +1.

Uw selectie wordt opgeslagen. Het ingestelde terreinniveau +1 blijft opgeslagen, ook nadat het contact is uitgeschakeld.

Rijden met aanhangwagen of fietsdrager: Als u sneller dan 30 km/h rijdt, komt de auto bij een correct aangesloten elektrische verbinding in de rijprogramma's Sport of Sport + omhoog naar het normale niveau.

In de volgende situaties zakt de auto weer:
  • U rijdt sneller dan 80 km/h.

  • U rijdt een korte tijd tussen 65 km/h en 80 km/h.

  • Rijden met aanhangwagen of fietsdrager: Als u sneller dan 30 km/h rijdt, zakt de auto bij een correct aangesloten elektrische verbinding naar het normale niveau.

  • U selecteert een ander rijprogramma met de DYNAMIC SELECT-schakelaar.

In dit geval wordt de auto ingesteld op de hoogte van het actieve rijprogramma.

Auto omlaagbrengen
Aan de tuimelschakelaar trekken.

Het controlelampje dooft nadat de auto omlaag is gebracht.

De auto wordt ingesteld op de hoogte van het actieve rijprogramma.

Rijden met aanhangwagen of fietsdrager: De auto zakt bij een correct aangesloten elektrische verbinding naar het normale niveau.