Um die Webseite optimal gestalten und Ihnen an Ihre Interessen angepasste, nutzungsbasierte Informationen zukommen lassen zu können, verwendet Daimler Cookies. Mit der Nutzung der Webseite stimmen Sie der Verwendung von Cookies zu. > Weitere Informationen erhalten Sie in den Cookie-Hinweisen.

Aannemen
  • A-Klasse
  • Sedan
  • 07/2018
app store google play
X

Printen
Functie van de actieve stuurassistent

De actieve stuurassistent is landspecifiek en alleen bij auto's met rijassistentiepakket beschikbaar.

De actieve stuurassistent ondersteunt u tot een snelheid van 210 km/h met subtiele stuuringrepen om in het midden van de rijstrook te rijden. Hij richt zich afhankelijk van de rijsnelheid op de voorligger en op de rijstrookmarkeringen.

Bij een actief sturend systeem wordt het symbool op het multifunctioneel display groen weergegeven.

Wanneer de herkenning van rijstrookmarkeringen en voorligger nadelig wordt beïnvloed, wisselt de actieve stuurassistent naar de passieve toestand. Het systeem biedt in dat geval geen ondersteuning. In de overgang van de actieve naar de passieve toestand wordt het symbool vergroot en geel knipperend weergegeven. Wanneer de passieve toestand bereikt is, wordt het symbool in het multifunctioneel display grijs weergegeven.

Stuur- en aanraakherkenning

Het is vereist dat de bestuurder het stuurwiel voortdurend vasthoudt, zodat hij altijd kan sturen en zo koers- of spoorcorrigerend kan ingrijpen. De bestuurder moet voortdurend rekening houden met een omschakeling van de actieve toestand naar de passieve toestand of omgekeerd.

Wanneer het systeem een systeemgrens herkent, herkent dat de bestuurder gedurende langere tijd niet zelf stuurt of de handen van het stuurwiel heeft genomen, wordt de bestuurder afhankelijk van de situatie ofwel optisch, ofwel optisch en akoestisch door het systeem gewaarschuwd. Op het multifunctioneel display verschijnt de melding .

Als de bestuurder na langere tijd nog steeds niet zelf stuurt of het stuurwiel niet vastpakt, klinkt naast de optische waarschuwingsmelding herhaalt een waarschuwingssignaal (landsafhankelijk).

De waarschuwingsmelding verschijnt niet of wordt na het verschijnen beëindigd als aan een van de volgende voorwaarden wordt voldaan:
  • De bestuurder stuurt zelf.

  • De bestuurder drukt een stuurwieltoets in of bedient de touch-control.

De actieve stuurassistent is slechts een hulpmiddel. De bestuurder is zelf verantwoordelijk voor de veilige afstand, de gereden snelheid, het tijdig remmen en het aanhouden van de rijstrook. Voor het veranderen van rijstrook moet de bestuurder controleren of de aangrenzende rijstrook vrij is (over de schouder kijken).

Systeemgrenzen

De actieve stuurassistent beschikt over een begrensd stuurmoment voor de geleiding in dwarsrichting. De stuuringreep is mogelijk niet voldoende om de auto in de rijstrook te houden of afritten af te rijden.

Het systeem kan in de volgende situaties mogelijk niet correct werken of buiten werking zijn:
  • Bij sneeuw, regen, mist, veel spatwater, verblinding, directe zonnestraling of sterk wisselende lichtomstandigheden, reflecties of slagschaduwen op de rijbaan

  • Bij ontoereikende verlichting van de rijbaan

  • Als de voorruit in de omgeving van de camera vervuild, beslagen, beschadigd of afgedekt is

  • Wanneer geen of meerdere niet eenduidige rijstrookmarkeringen voor een rijstrook aanwezig zijn, of de markeringen snel wijzigen

  • Als de afstand tot de voorligger te klein is en daardoor de rijstrookmarkeringen niet worden herkend

  • Bij zeer smalle en bochtige wegen

  • Bij obstakels die op de rijstrook staan of over de rand van de rijstrook steken

Het systeem biedt in de volgende situaties geen ondersteuning:
  • In krappe bochten, kruisingen, tolpoorten, rotondes en bij het afslaan

  • Bij het rijden met aanhangwagen

  • Bij het veranderen van rijstrook of het inschakelen van de richtingaanwijzer

  • Bij een te lage bandenspanning

WAARSCHUWING Gevaar voor ongevallen door onverwachte afbreking van de werking van de actieve stuurassistent

Wanneer de systeemgrenzen van de actieve stuurassistent worden bereikt, is niet gewaarborgd dat het systeem actief blijft of dat de rijstrook gevolgd wordt.

De handen altijd aan het stuurwiel houden en de verkeerssituatie opmerkzaam in acht nemen.
De auto altijd afhankelijk van het verkeer en de situatie besturen.
WAARSCHUWING Gevaar voor ongevallen door onverwachte stuuringrepen door de actieve stuurassistent

De herkenning van rijstrookmarkeringen en objecten kan een storing vertonen.

Dit kan onverwachte stuuringrepen veroorzaken.

Overeenkomstig de verkeerssituatie sturen.