Um die Webseite optimal gestalten und Ihnen an Ihre Interessen angepasste, nutzungsbasierte Informationen zukommen lassen zu können, verwendet Daimler Cookies. Mit der Nutzung der Webseite stimmen Sie der Verwendung von Cookies zu. > Weitere Informationen erhalten Sie in den Cookie-Hinweisen.

Aannemen
  • A-Klasse
  • Sedan
  • 03/2019
app store google play
X

Printen
Functie van de in- en uitstaphulp
WAARSCHUWING Gevaar voor ongevallen bij wegrijden tijdens het instellen van de uitstaphulp

Als wordt weggereden als de in‑ en uitstaphulp nog een instelling uitvoert, kan de controle over de auto worden verloren.

Alvorens weg te rijden altijd afwachten, tot het instellen beëindigd is.
WAARSCHUWING Inklemgevaar bij instellen van de in‑ en uitstaphulp

Als u de in‑ en uitstaphulp van de bestuurdersstoel instelt, dan kunt u of kunnen andere inzittenden – in het bijzonder kinderen – bekneld raken.

Zorg ervoor dat tijdens het instellen van de in‑ en uitstaphulp niemand lichaamsdelen in de beweegzone van de bestuurdersstoel houdt.

Bij gevaar voor inklemming door de bestuurdersstoel:

De schakelaar van de stoelinstelling indrukken.

De instelling wordt onderbroken.

Kinderen nooit zonder toezicht in de auto laten.
Bij het verlaten van de auto altijd de sleutel meenemen en de auto vergrendelen. Dit geldt eveneens voor de digitale voertuigsleutel, als de functie "Digitale voertuigsleutel" via Mercedes me connect is geactiveerd.

Het instellen kan wordt gestopt door het indrukken van een geheugenplaatstoets van de geheugenfunctie.

WAARSCHUWING Inklemgevaar bij activering van de in‑ en uitstaphulp door kinderen

Wanneer kinderen de in‑ en uitstaphulp activeren, kunnen zij bekneld raken, in het bijzonder wanneer ze zonder toezicht zijn.

Kinderen nooit zonder toezicht in de auto laten.
Bij het verlaten van de auto altijd de sleutel meenemen en de auto vergrendelen.

Dit geldt eveneens voor de digitale voertuigsleutel, als de functie "Digitale voertuigsleutel" via Mercedes me connect is geactiveerd.

Als de in- en uitstaphulp actief is, beweegt de bestuurdersstoel in de volgende gevallen naar achteren en wordt de rugleuning steiler gezet:
  • U schakelt het contact uit terwijl het bestuurdersportier geopend is.

  • U opent het bestuurdersportier terwijl het contact uitgeschakeld is.

De bestuurdersstoel schuift alleen naar achteren, als deze niet al in de achterste stand staat.

De rugleuning gaat alleen naar voren als deze niet al in de voorste stand staat.

De bestuurdersstoel neemt in onderstaande situaties naar de laatste rijstand weer in:
  • U schakelt het contact in terwijl het bestuurdersportier gesloten is.

  • U sluit het bestuurdersportier terwijl het contact is ingeschakeld.

De laatste rijstand wordt in de volgende gevallen opgeslagen:
  • U schakelt het contact uit.

  • U roept de stoelinstellingen op met de geheugenfunctie.

  • U slaat de stoelinstelling op met de geheugenfunctie.