Um die Webseite optimal gestalten und Ihnen an Ihre Interessen angepasste, nutzungsbasierte Informationen zukommen lassen zu können, verwendet Daimler Cookies. Mit der Nutzung der Webseite stimmen Sie der Verwendung von Cookies zu. > Weitere Informationen erhalten Sie in den Cookie-Hinweisen.

Aannemen
  • E-Klasse
  • Sedan
  • 2018
app store google play
X

Printen
Functie van de remote parkeerassistent

De remote parkeerassistent is een extra functie van de actieve parkeerassistent. De lokale voorschriften en wetgeving voor het gebruik van de remote parkeerassistent in het openbare verkeer in acht nemen.

De remote parkeerassistent ondersteunt het manoeuvreren en het inparkeren, terwijl u zich buiten de auto bevindt. Nadat u een geschikte parkeerplek hebt geselecteerd, verlaat u de auto om deze met een geschikte mobiele telefoon op de parkeerplek in te parkeren. De remote parkeerassistent zorgt daarbij voor het gas geven, remmen, sturen en schakelen. De auto is vergrendeld als de remote parkeerassistent actief is. U kunt het inparkeren met de mobiele telefoon of met de sleutel te allen tijde onderbreken en vervolgens de auto overnemen.

U kunt de auto met de mobiele telefoon ook in rechte lijn vooruit of achteruit manoeuvreren (exploration mode). Dat is bijvoorbeeld  handig als een garage zo smal is dat het in- of uitstappen na het parkeren niet of vrijwel niet mogelijk is. Kleine noodzakelijke stuurcorrecties voert de remote parkeerassistent automatisch uit.

De remote parkeerassistent is slechts een hulpmiddel. Hij kan uw waarneming van de omgeving niet vervangen. De bestuurder blijft te allen tijde verantwoordelijk voor het veilig manoeuvreren en in- en uitparkeren. Indien noodzakelijk het parkeren onderbreken of beëindigen. Erop letten dat zich geen personen, dieren of voorwerpen in de baan van de auto bevinden.

Voor de functie remote parkeerassistent heeft u een mobiele telefoon en de actuele remote parkeerassistent app nodig.

De volgende besturingssystemen worden ondersteund:
  • Android™

  • Apple® iOS

Als de verbinding tussen de auto en de mobiele telefoon tijdens het parkeren wordt onderbroken, kan de procedure worden voortgezet wanneer de verbinding binnen circa twee minuten weer is hersteld.

De volgende scenario's worden ondersteund:
  • Inparkeren op een parkeerplek parallel aan de rijrichting

  • Inparkeren op een parkeerplek dwars op de rijrichting

  • Uitparkeren uit een parkeerplek dwars op de rijrichting (exploration mode)

  • Inparkeren in rechte lijn, bijvoorbeeld  in een garage of een carport (exploration mode)

  • Uitparkeren in rechte lijn, bijvoorbeeld  uit een garage of een carport (exploration mode)

Wanneer tijdens het manoeuvreren of parkeren een storing of een systeemgrens wordt herkend (bijvoorbeeld  overschrijding van het toegestane hellingspercentage), worden automatisch de volgende procedures uitgevoerd:
  • De parkeerprocedure wordt afgebroken.

  • De auto wordt tot stilstand gebracht.

  • De transmissiestand wordt ingeschakeld.

  • De auto wordt geparkeerd.

  • De auto blijft vergrendeld.

Als het parkeren wordt afgebroken, verschijnt daarvan een bericht op de mobiele telefoon. U kunt daarop de auto weer overnemen en handmatig op de parkeerplek inparkeren. Als alternatief kunt u de auto terug naar de uitgangspositie manoeuvreren.

U kunt het parkeren met de actieve parkeerassistent onderbreken, om de auto over te nemen met de remote parkeerassistent en in de eindpositie te manoeuvreren.

Meer informatie vindt u in de handleiding van de remote parkeerassistent app mercedes me.

Systeemgrenzen

Sneeuw of zware regenval kunnen ertoe leiden dat de afmetingen van de parkeerplek niet nauwkeurig kunnen worden bepaald of eventueel verbindingsproblemen met de mobiele telefoon veroorzaken. Parkeerplekken vóór geparkeerde aanhangwagens, waarvan de aanhangwagendissel over de rand van de parkeerplek steekt, worden mogelijkerwijs niet als parkeerplek herkend of niet correct gemeten. De remote parkeerassistent alleen op een vlakke, stroeve ondergrond gebruiken. De parkeerplek moet ten minste 0,60 m breder zijn dan de auto zonder buitenspiegels.

De remote parkeerassistent in onder andere de volgende situaties niet gebruiken:
  • Bij extreme weersomstandigheden, bijvoorbeeld ijs of sneeuw of bij zware regenval.

  • Als met uw auto een lading wordt vervoerd, die boven de auto uitsteekt.

  • Als sneeuwkettingen zijn gemonteerd.

  • Als de parkeerplek zich op een helling bevindt.

De remote parkeerassistent wordt onder andere afgebroken als een van de volgende handelingen wordt uitgevoerd:
  • U schakelt de actieve parkeerassistent uit.

  • U drukt een toets op de sleutel in.

  • Het ESP® regelt.

Tijdens het parkeren mag de afstand tot de auto niet groter zijn dan circa 3,0 m. Bij een grotere afstand wordt de procedure afgebroken en wordt een overeenkomstige melding op de mobiele telefoon weergegeven. Als u weer dichter bij de auto komt, kunt u de procedure voortzetten.

Meer informatie over het afbreken van de functie vindt u in de handleiding van de remote parkeerassistent app.

Via de volgende link kunt u een animatie over dit onderwerp bekijken: