Um die Webseite optimal gestalten und Ihnen an Ihre Interessen angepasste, nutzungsbasierte Informationen zukommen lassen zu können, verwendet Daimler Cookies. Mit der Nutzung der Webseite stimmen Sie der Verwendung von Cookies zu. > Weitere Informationen erhalten Sie in den Cookie-Hinweisen.

Aannemen
  • V-Klasse
  • 06/2020
app store google play
X

Printen
Brandstof tanken
WAARSCHUWING Brand‑ en explosiegevaar door brandstof

Brandstoffen zijn licht ontvlambaar.

Beslist vuur, open licht, roken en vonkvorming vermijden.
Voor en tijdens het tanken de ontsteking en, indien aanwezig, de standverwarming uitschakelen.
WAARSCHUWING Gevaar voor letsel door brandstoffen

Brandstoffen zijn giftig en schadelijk voor de gezondheid.

Beslist voorkomen dat brandstof met de huid, de ogen of de kleding in aanraking komt, of dat het wordt ingeslikt.
Brandstofdampen niet inademen.
Kinderen op afstand van brandstoffen houden.
Tijdens het tanken portieren en ruiten gesloten houden.

Als u of anderen met brandstof in aanraking zijn geweest, de volgende punten in acht nemen:

Brandstof op de huid direct met water en zeep afspoelen.
Wanneer brandstof in de ogen terecht gekomen is, de ogen direct grondig met schoon water uitspoelen. Zo snel mogelijk naar een arts gaan.
Wanneer brandstof is ingeslikt, zo snel mogelijk naar een arts gaan. Geen braken opwekken.
Met brandstof vervuilde kleren direct wisselen.
WAARSCHUWING Brand‑ en explosiegevaar door elektrostatische oplading

Elektrostatische oplading kan ervoor zorgen dat brandstofdampen ontsteken.

Voordat u de tankdop opent of het vulpistool vastpakt, de metalen carrosserie van de auto aanraken.
Om te voorkomen dat opnieuw een elektrostatische oplading optreedt, tijdens het tanken niet weer in de auto stappen.
WAARSCHUWING Brandgevaar door brandstofmengsel

Auto's met dieselmotor:

Als de motor draait kunnen onderdelen van het uitlaatsysteem ongemerkt oververhit raken.

Nooit benzine tanken.
Nooit benzine aan de diesel bijmengen.
AANWIJZING Geen diesel tanken bij auto's met benzinemotor
Wanneer abusievelijk een verkeerde brandstof wordt getankt:
  • Het contact niet inschakelen. Anders kan de brandstof bij de motor komen.

    Kleine hoeveelheden van de verkeerde brandstof kunnen al leiden tot schade aan het brandstofsysteem en de motor. De reparatiekosten zijn hoog.

Contact opnemen met een gekwalificeerde werkplaats.
De brandstoftank en de brandstofleidingen volledig laten legen.
AANWIJZING Geen benzine tanken bij auto's met dieselmotor
Wanneer abusievelijk een verkeerde brandstof wordt getankt:
  • Het contact niet inschakelen. Anders kan de brandstof in het brandstofsysteem geraken.

    Kleine hoeveelheden van de verkeerde brandstof kunnen al leiden tot schade aan het brandstofsysteem en de motor. De reparatiekosten zijn hoog.

Contact opnemen met een gekwalificeerde werkplaats.
De brandstoftank en de brandstofleidingen volledig laten legen.
AANWIJZING Beschadiging aan het brandstofsysteem door overvulde brandstoftank
De brandstoftank slechts zo ver vullen tot het vulpistool afslaat.
AANWIJZING Eruit spuitende brandstof bij het verwijderen van het vulpistool
De brandstoftank slechts zo ver vullen tot het vulpistool afslaat.
AANWIJZING Beschadiging door brandstof op gespoten oppervlakken
Geen brandstof op gespoten oppervlakken morsen.
MILIEU-AANWIJZING Milieuschade door ondeskundige omgang met brandstof

Bij een ondeskundige omgang met brandstoffen kan gevaar voor mens en milieu ontstaan.

Brandstoffen niet in de riolering, het oppervlaktewater, het grondwater of in de bodem terecht laten komen.
Voorwaarden
  • Het voertuig is ontgrendeld.

  • De extra verwarming is uitgeschakeld.

  • Het contact is uitgeschakeld.

  • De linker voordeur is geopend.

Tijdens het tanken niet weer in het voertuig stappen. Anders kunt u zich weer elektrostatisch opladen.

De aanwijzingen met betrekking tot de bedrijfsstoffen in acht nemen meer.

Tankdopklep
Tankdop

De tankdopklep bevindt zich in rijrichting links naast de voordeur. De plaats van de tankdopklep wordt ook in het combi-instrument weergegeven . De pijl op de pompzuil geeft de zijde van het voertuig aan.

De tankdopklep openen.
De tankdop linksom draaien en verwijderen.
Alle deuren sluiten zodat er geen brandstofdampen in het interieur kunnen komen.
De vulpijp van het vulpistool volledig in de tankvulbuis schuiven, laten rusten en tanken.
De brandstoftank slechts zo ver vullen tot het vulpistool afslaat.
De tankdop aanbrengen en rechtsom draaien.

Een knakkend geluid geeft aan dat de tankdop geheel gesloten is.

De linker voordeur openen.
De tankdopklep sluiten.

Voertuigen met dieselmotor en tankbeveiliging tegen tanken van benzine: De opening van de tankvulbuis is alleen geschikt voor de vulpistolen van een dieselpomp voor personenvoertuigen.

Voertuigen met dieselmotor zonder tankbeveiliging: Bij voorkeur tanken bij een personenauto-pompzuil. U kunt ook bij een dieselpomp voor vrachtwagens tanken.

Bij een volledig leeggereden brandstoftank ten minste 5 l brandstof bijtanken.

Voertuigen voor gemengd gebruik zijn te herkennen aan de sticker "Ethanol up to E85!" op de tankdopklep.